Hoe het begon
Naar aanleiding van de dreigende politieke situatie in Duitsland besloot de regering in 1936 om de Vesting Holland extra te beschermen met vliegvelden.
Vesting Holland was de naam voor het belangrijkste gebied van de Nederlandse landsverdediging tussen 1922 en 1940.
Het was het gebied dat langdurig stand zou moeten kunnen houden bij een vijandelijke inval. Het viel ongeveer samen met de tegenwoordige Randstad.
Op 17 april 1939 werd begonnen met de aanleg van het vliegveld bij Valkenburg. De aangekochte weilanden moesten worden gereedgemaakt en sloten gedempt. Aan het einde van het jaar werd de uitvoering zoveel mogelijk versneld in verband met de dreiging van oorlog. Het plan was om het vliegveld in juli 1940 in gebruik te nemen. De grasbodem van het veld was bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog nog lang niet sterk genoeg voor de landing van vliegtuigen.
Dit zouden de Duitsers bij hun onverwachte aanval ondervinden.
De Duitse inval en de bezetting daarna.
Direct na een bombardement, in de vroege morgenuren van de 10e mei, landden Duitse parachutisten op en rond het landingsterrein, al snel gevolgd door transportvliegtuigen met luchtlandingstroepen.
Ten koste van zware verliezen konden de Duitsers het landingsterrein tijdelijk bezetten. ’s Avonds was het veld weer door de Nederlandse troepen heroverd.
Veel vliegtuigen zakten weg in de weke bodem. Ze werden tijdens de gevechten beschadigd, of moesten uitwijken naar het strand.
(Lees hierover meer in het venster: Strijd om Valkenburg).
Gedurende de oorlog werd de “FlugPlatz Katwijk/Valkenburg’ door de bezetter verder afgebouwd en tot 1943 gebruikt.
De verblijfsgebouwen langs de provinciale weg door het kamp kregen het uiterlijk van Duitse boerderijen, zoals nu nog te zien is. Ook de tankwal in het Panbos werd door de Duitsers aangelegd.
Op 29 april 1945 begonnen de Engelsen met voedseldroppings, op 1 mei volgden de Amerikanen. In totaal werd er 252 ton voedsel voor de bevolking op het vliegveld gedropt.
Na de oorlog
Direct na de bevrijding in mei 1945 werd het vliegveld door de Engelse Royal Air Force snel en vakkundig ingericht.
In 1946 werd het veld overgedragen aan de Nederlandse Luchtstrijdkrachten (LSK), zoals de luchtmacht toen heette.
Ook kwam er een kleine afdeling marinepersoneel, omdat de Marine Luchtvaart Dienst (MLD) zelf geen bruikbaar vliegveld meer had. Als eerste marineonderdeel werd de Gevechtsvliegopleiding op de “Vliegbasis Valkenburg” geplaatst.
Op 15 oktober 1947 werd het veld overgedragen aan de Marine. Voortaan zou het vliegveld “Marinevliegkamp Valkenburg” heten.
Ontwikkeling
Direct na de overdracht werd begonnen met de uitbouw en verbetering van het vliegveld.
Het duurde tot 1952 voordat dit klaar was. In die tijd opereerde de MLD met een groot aantal verschillende vliegtuigtypes vanaf het vliegkamp, ten behoeve van de bestrijding van onderzeeboten.
Tijdens de watersnoodramp in februari 1953 vervulde het Marinevliegkamp Valkenburg (MVKV) een belangrijke rol bij de reddingswerkzaamheden. Het diende als centrum voor de Opsporings- en Reddingsdienst in het Nederlandse luchtruim.
Ook de verdeling van voedsel- en hulppakketten vond er plaats.
Het vliegkamp diende als basis voor de Britse en Amerikaanse vliegtuigen die bij de rampbestrijding werden ingezet.
(Lees hierover verder in: Hulp vanuit de Lucht).
De modernisering.
In 1980 werd een groot deel van de bebouwing vernieuwd. Vliegkamp Valkenburg was nu uitgegroeid tot een volwaardig en modern NAVO-vliegveld.
De NAVO, dat is de Noord Atlantische Verdragsorganisatie, werd na de Tweede Wereldoorlog opgericht. Dit is een bondgenootschap van westerse landen, waardoor wordt geregeld dat zij elkaar te hulp te komen in geval van vijandelijke acties.
Door de sluiting van de Vliegbasis Ypenburg bij Den Haag kreeg “Valkenburg” ook de taak van regeringsvliegveld voor het ontvangen van regeringsleiders. Het Koninklijk Huis maakte regelmatig gebruik van het vliegveld.
De Sluiting
Als gevolg van inkrimping van het Nederlandse leger verloor het MVKV per 1 januari 2005 zijn taak voor de Marine. Op 1 juli 2006 sloot het zijn poorten.
Tip: Langs de Wassenaarseweg staan nog de barakken die de Duitsers in de bezettingsjaren in de vorm van boerderijen hebben gebouwd. Ze hebben tot de sluiting van het vliegkamp dienst gedaan.